Teelt

In het eerste jaar produceert de rozenstruik een tak. Deze rozentak bloeit in het tweede jaar , waarna de rozenbottels gevormd worden. De tak kan in dit tweede jaar geoogst en geveild worden.

Na de oogst worden de rozenstruiken gesnoeid. Oudere takken worden verwijderd zodat nieuwe takken alle ruimte krijgen. Deze snoei vindt plaats van december tot maart. De rozenstruiken bloeien in de maanden mei en juni. De bestuiving van de bloemen wordt uitgevoerd door de wind en door de bijen van een imker.

Tussen de snoei en de bloei vindt het teelt onderhoud plaats; maaien, onkruid verwijderen, eventuele bespuitingen en bemestingen. In onze teelt worden geen insecticiden toegepast. Onze rozenstruiken worden niet beregend, waardoor een natuurlijke groei mogelijk wordt gemaakt.
Vogels, zoals spreeuwen en groenlingen, worden niet verjaagd en eten daardoor zeer lokaal van de rozenbottels op ons perceel. Verjagen van de vogels leidt juist tot meer schade aan de rozenbotteltakken.

Door ons slootkantenbeheer, om het jaar wordt het riet gemaaid, bieden we watervogels, rietgorsen en snippen een leefomgeving. Er is zelfs een roerdomp gesignaleerd!

klik voor een vergroting